IZO

NORA is schatkamer voor architecten overheidsdienstverlening

‘De zorg heeft er baat bij om samen te werken met andere sectoren in een gemeenschappelijke referentiearchitectuur NORA.’ Deze stelling krijgt veel bijval van de leden van Platform IZO. Toch wordt deze architectuur nog niet overal toegepast. Terwijl het kan helpen om overheidssystemen beter op elkaar aan te sluiten.

NORA website.jpg

De Nederlandse Overheid Referentie Architectuur (NORA) bevat richtinggevende principes en handvatten voor het ontwerp van digitale dienstverlening, legt Eric Brouwer uit. Hij is 8 jaar lid geweest van het managementteam van ICTU en houdt zich sinds 2020 volledig bezig met architectuur en kennisdeling daarover binnen de overheid. “Het is belangrijk om kennis bij elkaar te brengen en dat mensen weten waar ze die kennis kunnen vinden.”

Wensen en eisen

Hij laat een video zien met een korte uitleg over wat een architect van overheidsdienstverlening doet. Het is te vergelijken met het ontwerpen van een gebouw. “Een architect helpt de opdrachtgever met het vormgeven van zijn of haar wensen in een fysiek object. Zo ontstaat een ontwerp waarin alle wensen en eisen een plekje krijgen.

“Een goede architect gaat niet zomaar aan de slag, maar houdt rekening met de eisen, wensen, behoeften, wetgeving, standaarden en dergelijke, waaraan moet worden voldaan. Net zo werken ontwerpers aan de architectuur van overheidsdienstverlening. Ook zij moeten oplossingen bedenken voor vraagstukken die leven in de maatschappij.”

Dienst, dienstverlening en organisatie

NORA geeft de architect handvatten. Bij de start in 2005 was NORA een verzameling basisprincipes en kwaliteitsdoelen, maar ze heeft zich ontwikkeld tot een Wiki-vorm met interactieve documenten. Een community beheert en bewerkt de documenten gezamenlijk. “De website is een ecosysteem geworden,” zegt Eric, “een kenniswerkplek waar allerlei overheidsdiensten en –sectoren waaronder de zorg aan bijdragen. ”Voor het gezondheidsinformatiestelsel wordt de DIZRA gebruikt (Duurzaam Informatiestelsel Zorg ReferentieArchitectuur), een aanvulling op de NORA specifiek voor de zorg. De DIZRA is geënt op NORA en de negen principes van DIZRA vormen de uitgangspunten voor het netwerkperspectief.

NORA heeft drie invalshoeken die steeds in samenhang moeten worden bekeken: een specifieke overheidsdienst, de samenhang met de overheidsdienstverlening in het algemeen en de bijdrage daaraan vanuit een organisatie. “De laatste jaren is er meer aandacht gekomen voor hoe burgers de dienstverlening ervaren. Als er maar één overheidsorganisatie betrokken is bij een dienst, bijvoorbeeld bij de uitgifte van een paspoort, dan zijn ze wel tevreden. Maar als verschillende overheidsorganisaties moeten samenwerken, zoals bij zorg en ondersteuning, gaan processen minder soepel en daalt de waardering vaak.”

“Voor een goede dienstverlening is het basaal dat (overheids)processen en -systemen goed samenwerken”, vervolgt Eric. “Wanneer je bijvoorbeeld nieuwe of tijdelijke medewerkers hebt, wil je dat die snel aan de slag kunnen. Als je dan lang moet wachten op de VOG en medewerkers daarom geen toegang mogen hebben tot de systemen, is dat heel vervelend en gaat het ten koste van de zorg.”

NORA is niet alleen technisch

Iedereen heeft toegang tot NORA, legt René Hietkamp uit. René is Enterprise Architect bij Zorginstituut Nederland en penvoerder van de DIZRA namens de Architectuurcommunity Zorg. “De inhoud is niet technisch en kan iedereen die werkt aan een duurzaam gezondheidsinformatiestelsel handvatten geven.”

Op de website is de ervaring van tientallen jaren overheids-ICT bijeengebracht, van architectuurafspraken tot beleidskaders, bouwstenen en standaarden en thema’s van beveiliging tot zaakgericht werken. René: “Je hoeft niet voor alles opnieuw het wiel uit te vinden, want het is er al en je kunt er gebruik van maken. De informatie is afkomstig van expertgroepen van allerlei overheidsdiensten en -organen.”

Andere richtlijnen

NORA is dus een schatkamer voor architecten. En alle platformleden onderschrijven de stelling dat de zorg er baat bij heeft om samen te werken met andere sectoren. Toch maakt niet iedereen er gebruik van, merkt Randolf Kraai (Jeugdzorg Nederland) op. “Bij de Hervormingsagenda Jeugd worden bijvoorbeeld richtlijnen toegepast die niet een-op-een overeenkomen met NORA. Waarom is dat?”

Eric herkent dit geluid. “Het is niet de bedoeling dat we als een architectuurpolitie de ca. 1400 overheidsorganisaties controleren. De NORA afspraken zijn van het niveau Pas-toe-of-leg-uit, maar er is geen sanctie als je van NORA afwijkt. Aan de andere kant heeft NORA 120.000 gebruikers van wie er 2000 wekelijks in NORA werken. Je laat wel heel wat liggen als je die informatie niet gebruikt.”

Graag eenduidigheid

Platformlid Han Huizinga (VGN) vindt het lastig. “De referentiearchitectuur ligt er, maar je hoeft je er niet aan te houden. Als we willen dat we efficiënt omgaan met middelen en dat alle partijen relevante informatie beschikbaar kunnen stellen en toegang hebben tot informatie, dan wil je graag zoveel mogelijk eenduidigheid. Misschien heb je geen politie nodig, maar waarom is er zoveel vrijheid?”

René: “Het werkt beter als iemand NORA omarmt omdat het werkt, dan dat het verplicht is. Vanuit dat oogpunt is er ruimte om af te wijken van NORA.” Eric vult aan: “Er moet ook ruimte voor vernieuwing zijn. Het is goed te denken in drie standaarden: de oude, de huidige, en de nieuwe die eraan komt. Je moet je niet blindstaren op alles uniformeren; je moet ook kunnen werken met verandering. En het goede behouden.


Meer info

Eric Brouwer van ICTU en René Hietkamp van Zorginstituut Nederland gaven bij Platform IZO een presentatie over NORA en DIZRA. Download de presentatie.

De principes van DIZRA komen terug in het netwerkperspectief. Lees meer over het netwerkperspectief.


Over Platform IZO

Voor het bevorderen van samenhang in de informatievoorziening in de langdurige zorg en ondersteuning, werken 17 organisaties samen in Informatievoorziening Zorg en Ondersteuning (IZO). Platform IZO vindt maandelijks plaats en richt zich voornamelijk op programmalijnen die werken richting het netwerkperspectief.